Moskou

Tegen de avond komen we met de trein aan in Moskou. Ine gaat op zoek naar het loket waar de kaartjes naar Jekaterineburg gekocht kunnen worden, want we willen zo snel mogelijk doorreizen. Moskou staat immers niet op ons reisprogramma. Ze kijkt meteen of ze ergens geld kan wisselen. Intussen wacht ik buiten het station met de bagage. Mensen komen af en aan, het is een drukte van belang. Het station heeft verschillende in- en uitgangen. Het lijkt erop of deze ook verschillende bestemmingen aangeven.

Na lang zoeken komt Ine onverrichterzake terug. Niemand verstaat een woord van wat je vraagt. Bij het woord Jekaterineburg haalt men de schouders op en loopt door of gaat verder met de dingen waar ze mee bezig zijn. Heel teleurstellend na zo'n lange reis. Ze heeft wel de nodige dollars omgezet in roebels.

Ine lost mij af bij de bagage, zodat ik op mijn beurt kan proberen uit te vinden waar we moeten zijn voor de volgende trein naar Jekaterineburg. Via het bordje "servicecenter" kom ik bij dezelfde balie, waar Ine ook al is geweest. Je verwacht hier iemand die Engels spreekt. Dit is echter niet het geval. Wat wel duidelijk wordt is dat er vanaf dit station geen treinen vertrekken naar Jekaterineburg. Er wordt een ander station genoemd, maar daar is voor mij geen touw aan vast te knopen. Opnieuw zijn er andere passagiers die mij helpen. Ditmaal een jong stel dat mijn gestuntel aan het loket heeft aangehoord en enkele woorden Engels spreekt. Samen kijken wij op de borden, waarop lijsten zijn aangebracht, die aangeven welke treinen er rijden en vanwaar ze vertrekken. Inderdaad vertrekt de trein naar Swerdlowsk (zo staat Jekaterineburg dus op de borden) van een ander station en wel station Komsomolskaya (wat zoveel betekent als ......). Dat is niet direkt in de buurt. De jongelui vertellen mij dat we drie haltes met de metro moeten. Er zit niets anders op dan het daar opnieuw proberen. Dus op naar de metro.

Ik keer terug naar Ine, die tegen de muur van het station op onze bagage zit te passen. Vervolgens op zoek naar de ingang van de metro. Het blijkt dat je daar kunt komen via een andere ingang in hetzelfde gebouw. We slepen onze bagage daar toe en inderdaad, er zijn loketten waar je kaartjes kunt kopen en er gaan roltrappen naar beneden. We proberen aan het loket kaartjes te kopen, maar de lokettiste verkoopt ons niets en wijst naar beneden. Omdat we denken dat we beneden kaartjes moeten kopen, schuiven we onze bagae door het draaihek. Nu worden we tegengehouden door de dame van de contrôle. Deze is echter zo aardig te vertellen waar we de metro in kunnen en hoeveel we moeten betalen voor een kaartjes. Terug naar het loket. Ik probeer duidelijk te maken dat ik twee kaartjes van 5 roebel moet hebben. Toch krijg ik blijkbaar heel andere kaartjes, want de vrouw van de contrôle komt zich er nu persoonlijk mee bemoeien. De kaartjes worden weer omgewisseld. Ze worden ook nog voor ons afgestempeld en nu kunnen we afdalen in de gewelven van de metro. Maar welke kant op? Opnieuw schiet de controleuse ons te hulp en wijst ons de goede richting. En nog gaat het bijna mis.

Op de metrostations staat vast wel aangegegeven waar je precies bent. Maar als je de taal met moeite kunt lezen en je weet niet waar je moet zoeken, heb je even een probleem. De naam van een station staat bijvoorbeeld op de muur, waarlangs de metrotrein stilhoudt. Als je daar niet direkt voor staat, weet je niet waar je bent. Het blijkt dat we moeten overstappen. Ine, die zich thuis al beter had voorbereid op het lezen van het Russische schrift, had dit op een of andere manier op tijd door. UItstappen, op de borden het goede station zoeken, de aangegeven richting goed volgen en op het juiste perron belanden. Dat is de kunst. Op dat perron staat - weer op de muur - de route van de lijn. Door het aantal stations te tellen, kun je dan precies op tijd weer uitstappen. Dat lukt zowaar, we stappen op tijd uit.

Boven de grond is het een leven van jewelste. Deining rondom een knooppunt van treinen. Reizigers, handelaars, 'porters', die hand- en spandiensten verlenen, taxichauffeurs, politie en beambten. Het krioelt van de mensen, vooral omdat we inmiddels dik in het spitsuur moeten zitten (hoe laat is dat eigenlijk in Moskou?). We zijn er even beduusd van en zoeken eerst een plekje waar we rustig kunnen zitten en een slokje kunnen drinken. Overal zitten mensen tegen de muur van een gebouw of op de treden van een trap, dus dat doen we ook maar.

Terwijl Ine weer op de bagage let, ga ik opnieuw op zoek naar een loket, waar kaartjes voor Swerdslowsk verkocht worden. Ook hier gebeurt alles in verschillende gebouwen. Het duurt even, voordat ik de juiste ingang en het juiste loket gevonden heb. Met handen en voeten vraag ik het steeds aan mensen, die er uit zien alsof ze wel een mondje Engels spreken. De meesten weten echter niet waar je het over hebt. De praktijk is dat je meer hebt aan iemand uit het publiek dan aan een "official". Zodra ik het juiste loket gevonden heb, ga ik Ine halen. Zij posteert zich met alle bagage in de buurt van de rij voor het loket waar ik moet zijn. Tot onze verrassing blijkt dat de man, die mij uiteindelijk het goede loket gewezen heeft, "mijn" plaats in de rij heeft bezet gehouden, terwijl ik Ine aan het halen was. Zeer attent en een aardige tijdwinst, want het wordt almaar later en de rij vordert niet snel.

Teleurstelling. De treinen naar Swerdslowsk zijn allemaal vol. De eerstvolgende gelegenheid is pas op 30 augustus, vertrek laat in de avond. Omdat het de eerste gelegenheid is te vertrekken zit er niets anders op dan enkele dagen in Moskou te blijven, ook al worden we eigenlijk de 28e al in Jekaterineburg verwacht. Het spijt ons ook dat we niemand in Jekaterineburg kunnen bereiken om te zeggen dat we een paar dagen later aankomen. De afspraak die we hebben, berust op lijfelijke aanwezigheid daar, waar we zullen worden opgevangen door een ons onbekend kontaktpersoon op grond van onze persoonsbeschrijving. Maar ja, van de andere kant kunnen wij er ook weinig aan veranderen. We hebben geprobeerd volgens schema te reizen en dat is door de grote drukte op de route naar Jekaterineburg, niet gelukt.

Nu we noodgedwongen een paar dagen in Moskou blijven, moeten we op zoek naar een hotel. Vlak bij zo'n groot station moet toch wel iets te vinden zijn. Na een kopje koffie ga ik weer op stap. Ik loop in de richting van een drukke weg en ontdek de hoofdingang van het station. Wellicht is hierbinnen een soort VVV of touristenbureau, zoals we in Warschau aangetroffen hebben. Mijn ogen dwalen langs de borden of ik tussen al die tekens iets herkenbaars tegenkom. Zo in gedachten loop ik een grote ruimte binnen, waar veel mensen op rijen stoelen zitten te wachten. Al na enkele meters word ik door een geüniformeerde man staande gehouden. Hij wijst me naar twee dames die bij een soort doorgang zitten. Kennelijk hebben zij de taak om mensen die langs hen komen te controleren. Ik reageer verbaasd en probeer in het Engels uit te leggen dat ik informatie over de trein naar Swerdlowsk zoek. Het heeft in ieder geval als effect dat ze in de gaten hebben dat het geen opzet is. De agent begeleidt me naar een ruimte die ik nog niet eerder heb gezien, waar ook kaartjes worden verkocht en waarschijnlijk ook informatie wordt verstrekt. Met dat we binnenlopen, loopt ook een meisje de ruimte binnen. Zij wordt aangesproken door mijn begeleider en ik vraag meteen of ze ook Engels spreekt. En warempel, dat doet ze. Ze vergezelt me naar het loket om te vragen naar de treinen naar Swerdlowsk. Ook al probeer ik te vertellen dat ik al een kaartje heb, is haar Engels blijkbaar toch onvoldoende om dat te begrijpen. Dan van de nood maar een deugd maken. Als er inderdaad nog kaartjes zijn voor Swerdlowsk in een trein, die eerder gaat dan degene waar we al kaartjes voor hebben, kan ik proberen ze om te ruilen, zodat we toch nog snel weg kunnen. Maar die gedachte is ijdel. Er worden vandaag geen kaartjes voor Swerdlowsk verkocht, misschien morgen weer.

Mijn volgende vraag aan het meisje is of ze dan een hotel weet, dat een beetje betaalbaar is. In de omgeving van het station ziet alles er nogal duur uit. Blijkbaar kent ze de mensen die hier werken goed, want een gesloten loket gaat weer open en een vrouw geeft ons een kaartje met daarop de gegevens van het hotel van de universiteit. Daarmee gewapend neem ik afscheid en ga terug naar Ine. Deze vraagt in het café waar ze heeft zitten wachten of er iemand Engels spreekt en of die een hotel weet. Nauwelijks reactie. Op het kaartje dat ik gekregen heb staat een beknopte routebeschrijving, de uitstaphalte van de metro en dan nog drie haltes met de bus. We gaan het maar proberen. We slaan het aanbod voor een taxi (10 US$) af, lopen naar het metrostation waar we zijn aangekomen en kopen twee kaartjes voor 5 roebel per persoon. 11 stations verderop moeten we weer uitstappen. Toch rijden we het station Universiteit voorbij, omdat om een of andere reden het voorlaatste station op de lijst wordt overgeslagen. Dus weer een halte terug. Buiten lijkt het net kermis, maar het blijkt een levendige straathandel, die nu zo zoetjesaan de luiken sluit. Het is bij tienen.

De bus laat even op zich wachten. Eenmaal daar, kopen we twee kaartjes bij de chauffeur en houden de haltes in de gaten. Inderdaad, bij de derde halte is aan de overkant van de straat een groot gebouw zichtbaar. We stappen uit en reserveren een kamer in het comfortable hotel dat de universiteit hier exploiteert. Een ruime kamer met douche en toilet, inclusief ontbijt voor 400 roebel per persoon.

Er is nog wel geld over voor een biertje, dat in de bar gehaald wordt, terwijl Ine dankbaar gebruik maakt van het bad. Intussen probeer ik de televisie uit, zoals overal, waar ik in een hotel verblijf. Zwart wit met een drietal zenders. Ik blijf hangen bij een of ander verfilmd sprookje, waarvoor je de taal niet hoeft te kunnen verstaan. Zodra Ine klaar is met haar bad, praten we nog wat na over de afgelopen dag en hoe het nu verder zal gaan. Tenslotte gaan we maar naar bed. Morgen komt er weer een dag. Alle onzekerheid en vermoeidheid is intussen verdwenen.

Zondag 27 augustus 2000

Maar niet heus. De hoofdpijn bij het wakker worden is niet weg te branden. Het ontbijt, gebakken kool, worstjes en bruin- en witbrood met jam samen met een grote kom zoete thee, is alleen voor Ine. De hele dag blijf ik in de hotelkamer: slapen, op een stoel hangen, beetje water drinken, slapen. Pas aan het eind van de dag knap ik een beetje op, eet een appel, twee tomaten en een paar crackers en ga in bad. Dat geeft voldoende energie om een wandeling rond het hotel te maken. Het hotel staat op een kruispunt van een paar brede wegen. Opzij van de weg, waarlangs we kwamen staat een groot gebouw met een hoge toren in het midden, het hoofdgebouw van de universiteit. Vanuit het hotelraam was dat al te zien. Langs de weg zijn verder allerlei kiosken, waar je van alles kunt kopen, maar vooral bier en wodka en tijdschriften, lijkt het wel. Veel mensen lopen met een fles bier in de hand en drinken daarvan. Verderop de straat in staan grote flats, hier is ook een rijtje winkels. We kopen wat broodjes en smeerkaas voor het avondeten. In een van de winkels is ook een wisselloket, waar we dollars kunnen wisselen tegen de koers van 27,5 roebel voor één dollar. Op vertoon van ons paspoort krijgen we ook een officieel wisselbewijs.

Terug in het hotel eten we de broodjes met smeerkaas en tomaten die we nog hebben. We lezen wat folders die we hebben meegenomen (die van Moskou hebben we allemnaal thuisgelaten, omdat we daar niet zouden komen!) en reorganiseren onze bagage een beetje. De televisie is intussen al enige tijd uitgevallen, we krijgen alleen maar sneeuw. Tegen dat we naar bed gaan, valt ook het licht uit. Lamp kapot. Op iedere verdieping van dit hotel heb je bij het trappenhuis een soort balie, waar dag en nacht iemand zit. Vanavond zit er een meisje dat Engels spreekt. Na een kort gesprekje blijkt zij studente biologie, 3e jaars. Ik vertel haar dat de lamp kapot is en ze belooft dat er vanavond nog iemand komt om het te repareren. En inderdaad, een half uur later meldt zij zich, vergezeld van een man met een laddertje, die de lamp komt verwisselen. Dat is gauw gebeurd. Ik vraag nog waarom de televisie het niet doet. Het antwoord van het meisje: "General failure." Terug in Nederland blijkt dat er twee slachtoffers gevallen zijn tijdens een grote brand in de televisiezendmast en dat het nog weken zou duren, voordat de uitzendingen van meerdere stations weer ontvangen konden worden!

Nu blijkt dat de studente zo goed Engels spreekt, is het ook het goede moment om te vragen hoe we bij het Rode Plein kunnen komen, want we hebben nu toch tijd genoeg om daar naar toe te gaan. Jammergenoeg schijnt er geen bus te gaan, zodat we Moskou meteen van boven kunnen bekijken. Het meisje schrijft het metrostation waar we moeten uitstappen op een papiertje. Dan kunnen we eindelijk slapen.

- verder: moskou2 -