Het schiereilandje Hicacos aan de noordkust van Cuba, waarop Varadero ligt, is een soort toeristische enclave. Er staan veel grote hotels en bungalowparken. De Cubanen die er wonen hebben bijna allemaal iets te doen met het toerisme. Ze runnen stalletjes met souvenirs, werken in een van de vele restaurants of hotels, vervoeren toeristen in bus, taxi, "coco", fietstaxi of met paard en wagen of zijn in dienst van de overheid. De toegang tot dit toeristen eiland is beperkt voor Cubanen uit andere delen van het land. Om het gebied binnen te komen moet je langs een controlepost. Niet iedereen kan daar zomaar zonder geldige reden passeren.
Langs de hele noordkust van de landtong strekt zich een blinkend wit zandstrand uit, waaraan ook de meeste hotels en bungalowparken liggen. Bijna al die hotels zijn "all inclusive". Dat wil zeggen dat je bij het boeken van je vakantie het eten en de consumpties die je in het hotel gebruikt, al hebt betaald. Je ziet dan ook op straat veel mensen met een gekleurd bandje om hun pols als teken dat ze bij een bepaald hotel horen en daar vrij kunnen drinken en eten. Voor wie niet all inclusive heeft geboekt, zoals ik, zijn er veel restaurants, waar tegen etenstijd mannetjes voor de deur staan om je over te halen daar te komen eten. De prijzen zijn bijna Europees en zouden voor een Cubaan met een gemiddeld maandsalaris van omgerekend 25,00 Euro per maand onbetaalbaar zijn.

Dos Mares
In Nederland heb ik al een hotel geboekt voor een paar dagen om bij aankomst een beetje te kunnen acclimatiseren en op mijn gemak de rest van mijn reis door Cuba uit te stippelen. Ik heb gekozen voor een klein, maar comfortabel hotel zonder poespas in het centrum van Varadero: Dos Mares. Het ligt niet ver van het strand en het is een van de oudste hotels. Het is december en daarom niet zo druk. Ik ben de laatste passagier in de bus, die mij van het vliegveld hier naar toe brengt en ik stap als enige uit. Door de lange reis en het tijdsverschil heb ik - ook al is het 8 uur in de avond - geen behoefte meer aan eten, wel aan een kop koffie en vervolgens een biertje. Ik koop nog een fles water en ga naar mijn kamer om eerst maar eens lang te slapen. Morgen zal ik wel eens kijken waar ik terecht ben gekomen.

Strand
Het witte zandstrand dat zicht uitstrekt aan de noordkant van Varadero, op slechts 50 meter van mijn hotel, biedt uitzicht op de Atlantische Oceaan (Straat van Florida) en heeft accommodatie voor badgasten, zoals drank- en eettentjes, parasols en ligstoelen. Gelukkig zijn er ook nog stukjes, waar je niet gehinderd door horeca je eigen handdoek kunt neerleggen en je eigen fles water mag meenemen. Evengoed staan er palmbomen en is de zee soms azuurblauw. Aan de zuidkant - de landtong is op de meeste plaatsen nog geen kilometer breed - ligt een versterkte wal en zie je over het water het vasteland van Cuba liggen.
Door de tijd van het jaar is het niet druk aan het strand. Het is niet echt het seizoen voor toeristen. Hoewel het water aangenaam van temperatuur is, wordt er niet veel gezwommen. Verderop is een groep kinderen onder leiding van een paar begeleiders aan het sporten. Af en toe springen ze voor een spelletje het water in. Het is een gejoel van jewelste als ze elkaar nat kunnen spetteren. Tegen de avond zie je wat meer wandelaars langs de waterlijn lopen, genietend van de afkoelende zeewind en de ondergaande zon.

Lunapark
Halverwege Varadero aan de zuidkant van de landtong is een klein lunapark gebouwd. Daar komen vooral de Cubanen die in Varadero werken en wonen. Voor de kinderen zijn er diverse attracties, zoals botsautootjes, een achtbaan, een draaimolen en je kunt er pony rijden. Er zijn ook wat boetieks, winkeltjes en meerdere restaurantjes met een wisselend aanbod. Alle prijzen zijn in convertibele pesos (CP), ook voor de Cubanen. Voor hen is het dus tamelijk duur hier te eten en te drinken, maar voor de spaarzame toerist die hier komt, zoals ik, juist goedkoop, omdat het pretpark deel uitmaakt van de keten El Rápido, die je in alle plaatsen op Cuba tegenkomt. Mijn hotel is vlak bij dit lunapark. Ik ga er vaak naar toe om een hapje te eten of een biertje te drinken. Tegelijk kan ik er dan mineraalwater en af en toe een flesje rum en wat blikjes cola voor in het hotel halen. Zo houd ik mijn dagelijks budget een beetje onder controle!
In een van die eetgelegenheden krijg je uitsluitend kip en patat. Het is een soort "afhaalkip". Stukken kip worden door een meelpapje gehaald en in diep vet gebakken. Als het klaar is verdringen de mensen zich om de schaal dampende kip en wijzen aan welke stukken ze willen hebben. Sommigen nemen het mee naar huis, anderen eten het ter plekke op. Je betaalt alleen het gewicht dat je bestelt. Voor een flinke gebraden poot ben je minder dan 1 CP kwijt!
Er is altijd wel wat te doen in het lunapark. De kinderen en hun ouders lopen van de ene attractie naar de andere of strijken neer op een van de terrassen voor wat fris, een biertje of om wat te eten. Op 2 december wordt het park druk bezocht door hele families. Het is feest, omdat 50 jaar eerder het jacht Granma met 80 revolutionaire strijders aan boord op de zuidkust van Cuba in de buurt van Manzanillo landde. Hoewel het voor de meeste opvarenden slecht afliep, konden Ernesto Che Guevara, Fidel en Raúl Castro naar de bergen ontkomen en begonnen zij daar hun verzet tegen het dictatoriale regime. De hele dag zijn de attracties in het park gratis voor de kinderen. De wagentjes van de achtbaan worden voortdurend omhoog getrokken, waarna ze zich onder veel gegil van de jongelui weer met veel vaart naar beneden laten storten. Er lopen clowns over het terrein, die overal en met iedereen grapjes maken. In de avonduren zijn er korte optredens van een zanggroepje van 2 mannen en 1 gitarist, een hondenshow en een bandje.

Cititour
Wil je het hele schiereiland verkennen dan kun je gebruik maken van een dubbeldeks touringcar met een open dak. Voor 5 CP mag je de hele dag gebruik maken van deze busdienst, die niets anders doet dan de landtong van het begin tot het eind heen en weer rijden. Bij iedere halte kun je in- of uitstappen om met een volgende bus weer verder te gaan. Zo kun je wat extra tijd besteden op de plaatsen die je interessant vindt. Het meeste rijd je langs hotels, boulevards en golfbanen, maar er zijn ook wel wat bezienswaardige plaatsen, zoals het huis van Al Capone, waar de bus 10 minuten stopt om foto's te maken.

Parque Natural en Cueva de Ambrosio
Ik ben helemaal in het Oosten naar een ecologische tuin geweest. Hier kun je nog zien hoe dit deel van Cuba er een eeuw geleden ongeveer uitzag. De tuin is een rustige plek om te wandelen op een route van bijna 1 kilometer, die hier is uitgezet. Reusachtige cactussen van soms wel 300 jaar oud omstrengelen andere bomen en worden afgewisseld met mangrovebosjes, die grotendeels in brak water groeien. Af en toe moet je wel goed opletten waar je je voeten zet, want hier en daar zitten gaten in de grond, die de bovenkant vormen van grote onderaardse holtes.

Een klein eindje terug naar het Westen heb je dan ook de ingang van een grot, die zich vanaf de ingang verwijdt en tientallen meters doorloopt. De muren zijn op sommige plaatsen versierd met rotstekeningen van de Siboney, een volk dat hier geleefd moet hebben voordat Columbus of zijn volgelingen zich met deze mensen ging bemoeien. Aan het plafond hangen vleermuizen, die af en toe opschrikken als er plotseling een lamp op hen wordt gericht. De grot is ontstaan uit een massief van lagen zout en zand. Het zout is door het water uitgespoeld en het zand is versteend. Het schijnt dat de grot als schuilplaats heeft gediend voor de indianen die door de Spanjaarden vervolgd (en uitgeroeid) werden en voor gevluchte slaven.

Retiro Josone
Een andere oase van rust vond ik in het Josone park, ongeveer halverwege het schiereiland. Vanuit mijn hotel kon ik er makkelijk naar toe lopen en ik heb dan ook menig uurtje op een bankje aan de rand van een grote vijver in het park doorgebracht.
Op één dag had ik het geluk dat ik kon kennismaken met een echte Cubaanse traditie. De dag dat meisjes op Cuba 15 jaar worden is een hoogtepunt in hun leven, omdat ze dan "officieel" op huwbare leeftijd zijn gekomen. Dit heugelijke feit wordt ’s-avonds met vrienden en familie uitgebreid gevierd met veel bier en rum. Maar eerst is er in de ochtend een grootse fotoreportage. Het meisje krijgt een prachtig kapsel, wordt  opgemaakt, aangekleed met rijkversierde prinsessekleren en naar een mooie omgeving gereden in een Amerikaanse limousine.

Het Josone park is zo'n plek, waar je waterpartijen, een sierlijk bruggetje, nostalgische bankjes en rustieke bomen vindt. Ik viel dus met mijn neus in de boter, toen bleek dat een stuk of vijf "prinsessen" met hun fotografen hier waren neergestreken om de mooiste dag van hun leven vast te leggen. De lens van mijn camera kon er maar geen genoeg van krijgen!


Wie tijdens zijn vakantie alleen maar op deze landtong blijft, proeft nauwelijks iets van Cuba behalve misschien de rum. Er lopen meer toeristen dan Cubanen en overal wordt gerekend in CP of euro op een paar plaatsen na, verscholen in de enkele buurten waar de lokale bevolking woont. Het leven in Varadero staat in het teken van het toerisme. Om de Cubaanse sfeer een beetje op te roepen is er een variététheater aan het strand en zijn er muzikale optredens in de hotels. Verder zijn er uiteraard de onvermijdelijke, stinkende oldtimers die de hoofdstraat op en neer rijden om als taxi toeristen op te pikken. Voor veel buitenlanders die niet verder komen, heeft dit iets nostalgisch, waarbij de bittere noodzaak deze auto's aan de praat te houden hen blijkbaar ontgaat. Ik raad iedereen aan die iets van Cuba wil meemaken, het schiereiland zo gauw mogelijk te verlaten en een auto te huren of de bus naar een van de andere steden van Cuba te nemen. Ga daar in een klein hotel of zoek een casa particular (gasthuis) van waaruit je de Cubaanse samenleving kunt ontdekken. Zelf ga ik van hier eerst naar Havana en vervolgens naar nog wat andere steden.